Monitor Windenergie Op Land: Ontwikkelingen 2014-2020 En Doelstelling 2023 by EZK
Geschreven op 26-10-2021 - Erik van Erne. Geplaatst in Energie en BesparingWindenergie op land is op dit moment een van de goedkoopste en meest efficiënte bronnen van duurzame elektriciteit en daarmee onmisbaar in de omvorming naar een duurzaam energiesysteem.
Daarom gaat windenergie een belangrijke bijdrage leveren aan de Nederlandse doelstelling om in 2030 de CO2-uitstoot met ten minste 49% terug te dringen. Dit gebeurt onder andere met windparken op zee én op land.
In het Klimaatakkoord is afgesproken dat Nederland in 2030 in ieder geval 35 TWh duurzame elektriciteit opwekt met hernieuwbare bronnen zoals wind en zon. Ons land is opgedeeld in 30 regio’s die ieder hun eigen Regionale Energiestrategie (RES) opstellen. Hierin staat welke bijdrage iedere regio gaat leveren aan deze landelijke doelstelling en hoe ze dat gaan realiseren. Vanuit het Nationaal Programma RES vindt ondersteuning van de regio’s plaats.
Eind 2020 was bijna 4.200 MW windvermogen operationeel in Nederland. Maar ook nu wordt door heel Nederland gewerkt aan nieuwe windprojecten. Wij rapporteren de voortgang van deze projecten in de jaarlijkse monitor Wind op Land (PDF).
De Monitor Wind op land 2020 beschrijft per provincie de voortgang van windenergie op land. Deze monitor - die wij jaarlijks uitbrengen - is een belangrijk hulpmiddel waarmee de stand van zaken bij het behalen de nationale en provinciale doelstellingen inzichtelijk worden gemaakt.
De monitor brengt per provincie de voortgang van projecten in kaart. Daarbij signaleren we knelpunten en belemmeringen op weg naar realisatie. Ook geeft de monitor inzicht in (ontwikkeling van) het windbeleid per provincie. Een samenvatting van de laatste monitor Wind op land is weergegeven in onderstaande infographic.
De monitor wind op land 2020 laat zien in hoeverre de doelstelling van 6.000 MW wind op land, uit het Energieakkoord (2013), in 2020 is gehaald. Ook wordt vermeld in welke fase de overige windprojecten zich bevinden.
Eind 2020 stellen wij vast dat bijna 4.200 MW windvermogen operationeel is (CertiQ-verklaring is afgegeven). Samen met de projecten die nu nog in voorbereiding zijn en binnenkort gebouwd worden, wordt ervan uit gegaan dat operantioneel windvermogen eind 2023 op 6.665 MW kan uitkomen.
Afgesproken is dat het restant van de doelstelling, het deel dat eind 2020 niet gereed is, te verdubbelen en te zorgen dat dit voor het eind van 2023 operationeel is. Het aandeel boven 6.000 MW (verdubbelingsopgave) is techniekneutraal en mag dus ook met bijvoorbeeld zonne-energie worden opgewekt. Dit wordt ook wel het versnellingspakket genoemd.
Deze projecten dragen namelijk bij aan de doelstelling voor 2030 (CO2-reductie van 49%) en worden dus versneld uitgevoerd als ze eind 2023 gereed zijn. Eind 2023 zal ruim 1.800 MW (Netto) van de niet eerder gerealiseerde provinciale doelstellingen alsnog operationeel moeten zijn. De omvang van het techniekneutrale versnellingspakket eind 2020 is door RVO bepaald op 1.184 MW, na aftrek van (sinds 2017) vertraagde RCR-projecten en verrekening van tijdelijke saneringseffecten.
Het plaatsen van windmolens heeft invloed op de omgeving. Windmolens moeten veilig zijn, zo weinig mogelijk overlast veroorzaken voor omwonenden en zo min mogelijk schade toebrengen aan dieren en planten. Onderstaande informatie en instrumenten helpen ontwikkelaars, provincies en gemeenten bij de bouw van windparken.