Green Deal Natuurinclusieve Landbouw In Groen Onderwijs
Geschreven op 17-1-2019 - Erik van Erne. Geplaatst in Educatie, Green DealIn 2030 moeten kringlopen van grondstoffen en hulpbronnen zoveel mogelijk gesloten zijn.
En in datzelfde jaar moet de natuur in Nederland rijker, veelzijdiger en met een grote biodiversiteit zijn.
In het bereiken van die ambities is een belangrijke rol weggelegd voor natuurinclusieve landbouw.
Natuurinclusieve landbouw richt zich op de ontwikkeling van ecologische en economisch duurzame voedselproductie. Hierbij worden de aanwezige natuur en het landschap zo weinig mogelijk belast terwijl de biodiversiteit wordt versterkt.
Er is een andere manier van agrarisch ondernemen nodig, namelijk een die natuur en landbouw met elkaar verbindt. We willen ondernemers bereiken door meer aandacht voor natuurinclusieve landbouw en natuurinclusief ondernemen in het onderwijs. Dat vraagt om een transitie binnen het groen onderwijs.
In de Green Deal Natuurinclusieve Landbouw Groen Onderwijs werken partijen samen om deze transitie in te zetten, te versnellen en te verbreden. De aangesloten onderwijsinstellingen nemen natuurinclusieve landbouw op in hun curriculum, werken samen en motiveren docenten en teamleiders tot vergroten van hun kennis op dit vlak.
Partijen willen op 31 januari 2022 bereikt hebben dat: natuurinclusieve landbouw steviger verankered is in het groen onderwijs. Dat natuurinclusieve landbouw een integraal onderdeel wordt op vmbo-, mbo-, hbo- en wo-instellingen. Dat leerlingen, docenten, managers, teamleiders, onderzoekers, lectoren, hoogleraren, ondernemers en erfbetreders kennis en kunde hebben van natuurinclusief ondernemerschap. Kennis over natuurinclusieve landbouw integreren in bestaande leermethodes en lesmaterialen over natuurinclusieve landbouw ontwikkelen. Kennisuitwisseling en samenwerking tussen onderwijsinstellingen, lectoraten en onderwijsniveaus stimuleren.
Erik van Erne zegt:
30 juli 2019 om 14:02 | Permalink
Natuurinclusief Bouwen: Vijf Korte Filmpjes by Provincie Overijssel
Onze natuur staat onder druk. Mussen, zwaluwen, vleermuizen. We zien ze steeds minder. Redenen: er is minder voedsel voor ze en we zijn anders gaan bouwen. Nestplekken zijn verdwenen doordat we bijvoorbeeld onze woningen beter zijn gaan isoleren. Het is voor mens en dier belangrijk om de biodiversiteit in stand te houden en te verbeteren. Daar kunnen we allemaal aan bijdragen. En het is nog leuk ook! Want wie wil er nu geen groenere omgeving waar wat te beleven valt?
Door natuurinclusief te bouwen en na te denken over de kansen voor dieren en planten (want er moet wel voedsel zijn!) in onze directe omgeving, dragen we niet alleen bij aan de biodiversiteit, maar ook aan de klimaatadaptatie. Natuurinclusief bouwen gaat overigens niet alleen over kansen bij nieuwbouw, maar ook over – soms simpele – aanpassingen bij bestaande woningen, kantoren, wijken. In vijf filmpjes vertellen mensen vanuit verschillend perspectief over de meerwaarde van natuurinclusief bouwen. In dit filmpje ziet u het verhaal van de landschapsarchitect.
Natuurinclusief Bouwen Wijkvergroeners
Natuurinclusief Bouwen Toekomstige Bewoner(s)
Natuurinclusief Bouwen Projectontwikkelaar
Natuurinclusief Bouwen De architect
Erik van Erne zegt:
30 juli 2019 om 16:26 | Permalink
Onderzoek Vier Groene Hogescholen Naar Duurzame Landbouw En Veeteelt
De vier Nederlandse groene hogescholen (Aeres Hogeschool, Hogeschool Van Hall Larenstein, Inholland en HAS Hogeschool) gaan gezamenlijk de komende vier jaar praktijkgericht onderzoek doen om de transitie naar een duurzame landbouw en veeteelt te versnellen.
De eerste drie projecten gaan in september van start met een subsidie van het ministerie van LNV, Regieorgaan SIA en de topsector Agri & Food. De onderzoeken betreffen de vermindering van de sterfte onder jonge dieren, betere zichtbaarheid van duurzame productie bij de consument en een beter bodembeheer met meer koolstofvastlegging.
“De groene hogescholen kunnen een grote bijdrage leveren aan de transitie van de agrarische sector in de komende jaren”, aldus minister Carola Schouten. “Zij leiden de ondernemers van de nabije toekomst op. En door het praktijkgerichte onderzoek, dat zij samen met bestaande ondernemers uitvoeren, kunnen zij op korte termijn zorgen voor een omslag bij die ondernemers.” Doordat de vier groene hogescholen in alle onderzoeken samenwerken, benutten zij elkaars expertise. Naast de nu gehonoreerde aanvragen, richt het subsidieprogramma van LNV, SIA en de topsector Agri & Food zich op klimaatneutrale, rendabele gesloten teelt en duurzame bedrijfsovernames door jonge boeren. Alle onderzoeken worden samen met diverse partners gedaan, waaronder individuele mkb-ondernemers, Wageningen Research en diverse brancheorganisaties.
Op het gebied van de duurzame veehouderij gaan twee onderzoeken van start. Het ene onderzoek richt zich op preventieve maatregelen die veehouders kunnen nemen voor een optimale diergezondheid en het terugdringen van sterfte onder jonge dieren. Het andere onderzoek betreft de mogelijkheid om de duurzaamheid op een bedrijf te meten en te vermarkten, bijvoorbeeld met een integraal keurmerk. Het doel hiervan is een betere communicatie met zakelijke afnemers en consumenten, waardoor deze een bewuste keuze voor een duurzaam product kunnen maken.
Partners in het onderzoek zijn, naast diverse ondernemers, onder andere LTO Nederland, Dierenbescherming en consumentenorganisatie Stichting Groene Waar.
Door kennis over duurzaam bodembeheer beschikbaar te maken voor ondernemers, willen de hogescholen bereiken dat zij kunnen kiezen voor klimaatbestendige teelt. Dat houdt in: goed waterbeheer, behoud en verhoging van de biodiversiteit en koolstofvastlegging. Omdat de kennis over duurzaam bodembeheer erg versnipperd is, is het voor ondernemers nu moeilijk om die keuze te maken. Bovendien is de optimale toepassing van beschikbare maatregelen erg afhankelijk van de grondsoort, de regio, het bedrijfstype en zelfs het perceel.
Partners zijn onder andere het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW), de brancheorganisatie Akkerbouw en de Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur (KAVB).
Erik van Erne zegt:
2 augustus 2019 om 17:01 | Permalink
De Award Natuurinclusief Bouwen en Ontwerpen 2019
De onafhankelijke jury van de Award Natuurinclusief Bouwen en Ontwerpen 2019 is bekend. Jacques Vink (Ruimtelab), Gertjan van der Baan (Vesteda) en Jelle de Jong (IVN) gaan de inzendingen voor deze nieuwe prijs van Vogelbescherming Nederland kritisch beoordelen.
Voor de Award Natuurinclusief Bouwen en Ontwerpen 2019 wordt gezocht naar inspirerende natuurinclusieve bouwprojecten. Projecten bijvoorbeeld, waarbij de kwaliteit van het groen in de naaste omgeving al vanaf de tekentafel is meegenomen. Waar niet alleen de toekomstige menselijke gebruikers, maar ook stadsvogels en vleermuizen van voldoende leefruimte zijn voorzien. Of projecten waarbij in nauwe samenspraak met opdrachtgevers en bewoners voor de meest optimale, natuurvriendelijke inrichting van de openbare ruimte is gekozen.
De Award Natuurinclusief Bouwen en Ontwerpen is een initiatief van Vogelbescherming Nederland, de Zoogdiervereniging en provincie Noord Brabant. Bouwers, beleggers, ontwikkelaars, architecten en woningcorporaties worden uitgedaagd mee te dingen met hun meest inspirerende natuurinclusieve bouw-, verbouw- en renovatieproject. Zij kunnen hun project aanmelden tot en met vrijdag 27 september 2019. De uitreiking van de Award Natuurinclusief Bouwen en Ontwerpen 2019 vindt eind dit jaar plaats in ’s Hertogenbosch.
Erik van Erne zegt:
18 oktober 2019 om 15:15 | Permalink
Tweedaags Congres Over Natuurinclusieve Landbouw: De meerwaarde van de natuur voor het boerenbedrijf
Studenten over de hele breedte van het groene onderwijs een bredere blik op natuurinclusieve landbouw geven door kennis te vergaren en te delen, door als onderwijsinstellingen samen te werken, het bedrijfsleven beter te betrekken en breder onderzoek te doen.
Dat is de eerste grote opgave voor de partners van de in januari begonnen Green Deal Natuurinclusieve Landbouw Groen Onderwijs. Volgende maand is er op woensdag 27 november en donderdag 28 november 2019 een tweedaags congres in Boerderij de Boerinn in Kamerik.
Het congres bestaat uit een symposium op 27 november ‘‘De meerwaarde van de natuur voor het boerenbedrijf’’ en een onderwijsdag ‘Natuurinclusieve landbouw’ op 28 november.
In 2030 moeten kringlopen van grondstoffen en hulpbronnen zoveel mogelijk gesloten zijn, om de natuur rijker te maken en de biodiversiteit groter. Daarbij is een grote rol weggelegd voor natuurinclusieve landbouw. Die richt zich op een ecologisch en economisch duurzame voedselproductie, door natuur en landschap zo weinig mogelijk te belasten en biodiversiteit te versterken. Het groene onderwijs moet er mede voor gaan zorgen dat natuurinclusieve landbouw sneller gemeengoed wordt.
Dat is geen eenvoudige opgave, zegt Rosemarie Slobbe van het Kenniscentrum Natuur en Leefomgeving, dat de Green Deal coördineert. ‘’We hebben na de start van de deal een actieve werkgroep opgericht met mensen uit alle deelnemende gelederen. Die heeft een inventarisatie gemaakt van wat er bij alle partijen speelt. Het is namelijk belangrijk en écht nodig om te weten wat iedereen al doet en wil gaan doen. Vooral in het mbo is dat niet eenvoudig, omdat het vaak om grote, getrapte instellingen gaat.’’
Er ging namens de Green Deal ook een enquête over de bekendheid van natuurinclusieve landbouw naar de onderwijsinstellingen. Daarin werd ook gevraagd wat de instellingen nodig denken te hebben voor hun taak. Slobbe: ‘’Daar zijn 125 reacties op gekomen, en dat beschouwen we als erg veel. Uit de antwoorden blijkt dat het begrip ‘natuurinclusief’ niet voor iedereen heel duidelijk is, en dat het verwarrend werkt dat ook over kringlooplandbouw wordt gesproken, terwijl dat niet per definitie hetzelfde is.’’
‘’We gaan geen nieuwe noemer bedenken, maar willen mensen er bewust van maken dat integratie van natuurinclusieve processen hoe dan ook goed kan zijn voor de landbouw, óók in economisch opzicht. Want dat is de vraag die we vaak krijgen: wat is het verdienmodel? We moeten daar ook in het groene onderwijs meer aandacht aan besteden. Er is ook veel behoefte aan samenwerking tussen onderwijs en bedrijven, en in breder onderzoek, waarbij naast het wo en hbo ook het mbo betrokken moet zijn.’’
Lastig is dat de Green Deal geen potje geld heeft voor het optuigen van een heel programma, zegt Slobbe: ‘’We haken daarom aan bij andere projecten waarvoor wél financiering is, zoals het EU-programma Greener Future for Young Farmers. Samen met dat initiatiatief en het Louis Bolkinstituut is het het tweedaagse congres in november tot stand gekomen. Zo kunnen we de lectoren op dit gebied bij elkaar laten komen, zoals afgesproken in de deal, en kunnen we een begin maken met het ontwikkelen van lesmaterialen.’’